- Ontstaan en ontwerp
- Stedenbouwkundige opzet: de bloemkoolstructuur
- Architectuur en woningtypen
- Groenplan en beheer
- Straatnamen en ligging
- Monumentstatus: wat is beschermd
- Wonen in de Krekenbuurt vandaag
- Waarom dit erfgoed ertoe doet
- Makelaar AAN het woord
- Praktisch voor bewoners en geïnteresseerden
- Direct hulp van AAN Makelaars Zwolle

De Krekenbuurt: bloemkoolwijk met monumentale waarde
Wie de Krekenbuurt binnenloopt, merkt meteen dat dit geen doorsnee woonbuurt is. De samenhang tussen de woningen, het zorgvuldig ontworpen groen en de reeks kleine pleinen en hofjes geeft de omgeving een eigen, intieme sfeer. Dat is geen toeval. De Krekenbuurt in Aa-landen is in de vroege jaren zeventig als compleet ensemble ontworpen, met bijzondere aandacht voor ruimtelijke beleving, leefkwaliteit en gemeenschappelijkheid. Juist die kwaliteiten verklaren waarom de buurt sinds 2016 is aangewezen als gemeentelijk monument.
Ontstaan en ontwerp
Begin jaren zeventig kreeg architect Benno Stegeman de opdracht om op een kavel in Aa-landen een woonbuurt te ontwerpen die aansloot bij de nieuwe woonidealen van die tijd: kleinschaligheid, variatie, menselijke maat en ruimte voor ontmoeting. De Krekenbuurt werd tussen 1972 en 1974 gerealiseerd en geldt als een uitgesproken voorbeeld van structuralistische woningbouw, waarin architectuur, stedenbouw en groenplan één geheel vormen. Het ontwerp is herkenbaar aan de geclusterde woonhoven, niveauverschillen in het maaiveld en de centrale rol van gemeenschappelijke buitenruimtes.
Stedenbouwkundige opzet: de bloemkoolstructuur
De buurt is opgebouwd uit zeven woonclusters die als halve cirkels om verkeersluwe pleinen liggen. Smalle doorgangen markeren de overgang tussen de clusters, terwijl brede groenzones en binnentuinen de schakel vormen tussen de groepen woningen. Vanuit de openbare ruimte stap je als bewoner letterlijk een beschermd, meer privé aanvoelend domein binnen. De rooilijn verspringt per woning, waardoor een golvend straatbeeld ontstaat. Het geheel levert de karakteristieke bloemkoolstructuur op: woonerven in een groene setting, ontworpen voor langzaam verkeer en ontmoeting, met het autoverkeer aan de randen geaccommodeerd.
Architectuur en woningtypen
De Krekenbuurt telt 154 woningen in meerdere woningtypen die onderling in hoogte en massa variëren. De bekendste zijn de koepelwoningen met hun vierkante traptorens en de dubbelwandige opaalwitte lichtkoepels op het dak. Binnen die koepelwoningen onderscheidde Stegeman verschillende typen met twee of drie bouwlagen. Op strategische hoeken staan tentdakwoningen, die de buurt visueel markeren. Kenmerkend zijn verder de verspringende gevelvlakken, de zorgvuldige detaillering van metselwerk en kozijnen, en balkons die diep in het gevelvlak liggen. Samen leveren ze het uitgesproken ritme en de verticale geleding die de gevels zo herkenbaar maakt.
In de volksmond kregen de koepelwoningen al snel een bijnaam die is blijven hangen: “condoomwoningen”. Die benaming verwijst naar de markante lichtkoepels en het silhouet van de traptorens. Het zegt vooral iets over hoe sprekend en eigenzinnig de architectuur is; de officiële term blijft uiteraard koepelwoningen.
Groenplan en beheer
De kwaliteit van de Krekenbuurt zit niet alleen in de stenen, maar net zo goed in het groenplan. Al bij de aanleg zijn binnentuinen, plantsoenen, speelplekken en paden als één ontwerp gedacht, inclusief hoogteaccenten met – destijds – houten bielzen rond perken en zandbakken. Dat groen is geen losse toevoeging, maar de ruggengraat van de buurt. Voor het gezamenlijke groen en de speelvoorzieningen werd een vereniging van eigenaren opgericht die tot op heden inzet op behoud van de oorspronkelijke groenstructuur en het karakter van de buitenruimte. De consequente relatie tussen bebouwing en groen is een van de redenen dat de buurt als samenhangend geheel is beschermd.
Straatnamen en ligging
De Krekenbuurt ligt ingeklemd tussen Merwedelaan, Volkerak, Zijpe en Dollard en wordt ontsloten via een reeks korte, herkenbare straatjes met water-thema in de naamgeving. Binnen het beschermde ensemble vallen onder meer Grotekreek, Zuidkreek, Zandkreek, Schelpkreek, Mosselkreek, Molenkreek en Rietkreek. Deze straten vormen samen de zeven woonclusters en maken als adressen expliciet deel uit van de monumentale aanwijzing.
Monumentstatus: wat is beschermd
Sinds 2016 is de Krekenbuurt een gemeentelijk monument. Die aanwijzing beschermt nadrukkelijk de stedenbouwkundige structuur en de architectuur van het exterieur. Denk aan de verspringende rooilijnen, de opbouw in twee en drie bouwlagen, het metselwerk en voegwerk, de terugliggende entrees, de indeling en maatvoering van ramen en deuren, de balkons, de dakvormen (plat of tentdak) en de karakteristieke opaalwitte koepels. Ook de compositie van de bouwvolumes en de wijze waarop de woonpleinen en groene ruimtes zijn geordend, behoort tot de beschermde waarden. Interieurs vallen niet onder de bescherming. Voor ingrepen aan het exterieur geldt: afstemmen met de gemeente en aansluiten bij de welstands- en monumentenkaders die voor dit complex zijn vastgesteld.
De monumentstatus is niet louter symbolisch. Zij borgt dat het oorspronkelijke ontwerp van Stegeman – de maat, de ritmiek, de materialisering en de relatie met het groen – behouden blijft. Lokale berichtgeving rond de aanwijzing onderstreepte destijds het bijzondere karakter van de buurt en de wens om dat duurzaam te beschermen.
Wonen in de Krekenbuurt vandaag
Wie vandaag door de Krekenbuurt wandelt, herkent nog steeds de ontwerpintenties van begin jaren zeventig. De pleinen zijn geen losse parkeerplaatsen, maar plekken waar je aan komt en elkaar tegenkomt. De woonhoven voelen geborgen, met de meer gesloten gevels aan de pleinzijde en de openheid aan de tuinzijde. Binnen ervaar je in veel woningen de typische niveauverschillen en de dubbelhoge leefruimtes die destijds voor een royaal ruimtelijk gevoel moesten zorgen. De buurt is bovendien duidelijk ontworpen voor langzaam verkeer en verblijfskwaliteit; de verkeersluwe opzet en de groene kamers tussen de bebouwing nodigen uit tot lopen, spelen en ontmoeten.
De Krekenbuurt is ook een leerzaam voorbeeld van hoe architectuur en beheer elkaar versterken. Door consequent vast te houden aan de oorspronkelijke uitgangspunten – in steen, in maatvoering en in groen – blijft de ensemblekwaliteit overeind. Dat is precies wat de monumentstatus beoogt: niet afzonderlijke gevels of panden verheerlijken, maar de samenhang beschermen die deze buurt zo eigen maakt.
Waarom dit erfgoed ertoe doet
De Krekenbuurt vertegenwoordigt een periode waarin ontwerpers en opdrachtgevers zochten naar alternatieven voor de grootschalige naoorlogse uitbreiding: kleinschalig, gedifferentieerd, sociaal en groen. In plaats van lange, anonieme straten koos Stegeman voor geleding, ritme en geborgen hofstructuren. De koepels, balkons en zorgvuldig gemetselde gevels zijn geen losse curiositeiten, maar middelen om een herkenbare architectonische taal te spreken. Dat die taal nog altijd wordt verstaan, zelfs tot in de populaire bijnaam zegt iets over de kracht van het ontwerp.
Makelaar AAN het woord
Toen ik jaren geleden voor het eerst in zo'n koepelwoning binnenkwam wist ik niet wat ik ervan moest vinden. Die grote trap naar boven en in eerste instantie hokkerige indeling maakten me als makelaar in Zwolle niet direct enthousiast. Toch zag ik wel veel potentie in de woning die ik ging verkopen, tenminste nadat deze een flinke upgrade had gehad. Zo is er voor iedereen wel een geschikte woning om te wonen. De sfeer en authentieke uitstraling doen veel mensen besluiten op dit soort woningen te bieden wanneer er eentje in de verkoop komt, en dat is spaarzaam. De Krekenbuurt heeft als voordeel dat alle voorzieningen dichtbij liggen. Van winkelcentrum, het centrum van Zwolle, Stadshagen en de Weide Aa. Dus kom maar op als je de woning wilt verkopen, ik weet er wel raad mee! Plan een afspraak om kennis te maken.
Praktisch voor bewoners en geïnteresseerden
Wie in de Krekenbuurt woont of er wil gaan wonen, heeft te maken met een helder, publiek vastgelegd kader. De redengevende omschrijving beschrijft de waarden en de omvang van de bescherming. Het bijbehorende bestemmings- en welstandsbeleid geeft richting aan wat wel en niet past, zodat individuele wensen kunnen worden gewogen tegen het belang van het ensemble. Die duidelijkheid helpt om het bijzondere karakter van de buurt te behouden, terwijl zorgvuldig ruimte blijft voor onderhoud en passende aanpassingen.